In een detailplan zoomen we in op het object. Naargelang het object een gebouw of een site is, verschilt de aanpak:
- Eén of meerdere gebouwen;
- Een site met risico’s;
- Een combinatie van beide.
Verder nog enkele tips:
- Neem alle categorieën met pictogrammen door en geef zoveel mogelijk visuele informatie door ze op de plannen te slepen. Tracht een duidelijk overzicht te behouden.
- Zorg dat alle detailplannen van één zone een gelijke schaal hebben.
- Als een bouwlaag ‘kleiner’ is dan de onderliggende bouwlaag dan geef je de omtrek van de onderliggende bouwlaag ook weer.
- Als een bouwlaag te groot is om duidelijk weer te geven op één detailplan, gebruik dan verschillende zones om het gebouw op te delen. Geef een duidelijke benaming.
- Je kan de oriëntatie van het gebouw verduidelijken door op het gelijkvloers ook de omliggende wegenis in te tekenen.
- Maak een afzonderlijk rioleringsplan van de site op verzoek van de brandweer.
-
Bij één gebouw teken je voor het gebouw (= één zone) een plan per bouwlaag.
Heb je meerdere gebouwen, dan deel je de site op in zones en teken je per zone en per bouwlaag een detailplan. Gebruik bij voorkeur de indeling zoals ze gekend en aangegeven is op de site.Voorbeeld
De naam ‘Gebouw’ wijzig je in ‘Blok A’. Gebruik hierbij dezelfde benaming zoals weergegeven op het zoneringsplan. Het eerste detailplan benoem je als ‘Gelijkvloers’.
In de linkse kolom zie je volgende benaming:
Heb je een groot magazijn (één bouwlaag) met daaraan een klein kantoor (meerdere bouwlagen), tracht dan het verdiepingsplan van het kantoor een plaats te geven op hetzelfde detailplan.
Voorbeeld
-
Als de risico’s zich niet enkel binnen de gebouwen op de site bevinden, dan zorg je dat de zones deze risico’s omvatten. Je zal dus de buitenaanleg mee opnemen in de zones en vervolgens de risico’s en aanwezige installaties aanduiden.
Voorbeeld
- Gebruik de methodiek zoals beschreven bij ‘één of meerdere gebouwen’ en bij ‘een site met risico’s’. Een zone kan in deze situatie bestaan uit gebouwen en delen van de site. Bespreek met de brandweer of je alle verdiepingen van de gebouwen moet weergeven en welke indeling je best maakt.